
zoekende zielen
Hij woont in een koud en leeg huis,
waar de gloeilampen hangen aan zilveren kettingen.
Een eenzame geest in een krakend leven
tussen vloeren en wanden van hout.
Hij leeft tussen zijn favoriete boeken,
luistert naar de voetstappen onder de vloerplanken.
Hij bekijkt de kamers en denkt aan de plannen die hij had,
zijn kinderen zouden hier spelen.
Hij speelt piano en de muziek is het enige dat de kamers vult.
Zij woont in een huis vol met prullaria
tussen de lege huizen.
Zij vult haar huis met roze en bont om eenzaamheid en geesten te verdrijven.
Ze leeft tussen haar favoriete boeken
en denk aan haar plannen met de lege kamers om haar heen
Dan hoort ze de weer de piano van de geest in het bovenhuis.
Ze houd zijn zachte stem geheim voor haar vriendinnen,
want ze is alleen.

