
Stormen
Ik ben niet mijn demonen,
maar zij zijn wel een geheel van mij.
Zij zijn de wreedheden die ik heb geleden
Zij zijn mijn storm, mijn eb en vloed, het getij.
Mijn demonen komen vermomd als orkanen
Wolken verbleken mijn schoonheid
De stormen van hormonen zijn niet te stopen
Daarna weer spijt
Ik ben niet mijn demonen
Ik ben niet mijn tranen en ik ben niet de regen
Maar hoe hou ik in vredesnaam
Die demonische tornado’s tegen.
Dit gedicht verscheen eerder in mijn bundel “dichtend door de seizoenen“

