
Ik proef je
Whiskey en een hintje knoflook
proef ik op je mond.
Kleren gegeurd met sigarettenrook
liggen overal op de grond.
Op de tafel staat een glas,
en een fles met restjes wijn.
Ik gaf je alles dat ik gister was.
Kan het morgen weer zo zijn?
Je hebt mij van mijn slaap beroofd
en mijn hart gestolen
Nog altijd door een kater half verdoofd
begin jij alweer je capriolen.
Deze passie, sensatie heb ik altijd gewild
in de keuken, de kamer, geknield op de grond
Deze nacht geen seconde verspilt.
Ik proef je alweer op mijn mond.
Ik snap je niet, je bent geen heer.
Je ben een mysterieus, exotisch boefje.
Ik wil je nog een keer.
Ik proef je.

